Slotpeiling Eerste Kamer 2023
Dit is de slotpeiling van Ipsos en EenVandaag voor de landelijke vertaling van de Provinciale Statenverkiezingen 2023 in termen van Eerste Kamerzetels.
Dit is de slotpeiling van Ipsos en EenVandaag voor de samenstelling van de Eerste Kamer gebaseerd op de Provinciale Statenverkiezingen 2023. Het veldwerk van deze peiling is gestart op vrijdagochtend 10 maart en eindigde dinsdagochtend op 14 maart, om 09.00 uur.
Eerste Kamer 2019 | Politieke Barometer week 11 2023 | ||
Zetels | % | Zetels | |
Forum voor Democratie | 12 | 2.4 | 2 |
VVD | 12 | 14.2 | 12 |
CDA | 9 | 6.1 | 5 |
GroenLinks | 8 | 9.4 | 8 |
D66 | 7 | 5.8 | 4 |
PvdA | 6 | 7.1 | 6 |
PVV | 5 | 10.2 | 8 |
SP | 4 | 6.9 | 5 |
ChristenUnie | 4 | 2.6 | 2 |
Partij voor de Dieren | 3 | 5.1 | 4 |
50PLUS | 2 | 1.9 | 1 |
SGP | 2 | 1.7 | 1 |
OSF | 1 | 1.1 | 0 |
BoerBurgerBeweging (BBB) | - | 16.4 | 13 |
JA21 | - | 4.1 | 3 |
VOLT | - | 2.2 | 1 |
DENK | - | 1.1 | 0 |
Overig | - | 1.6 | 0 |
Totaal | 75 | 75 |
De VVD komt uit op 12 zetels, 3 minder dan in onze vorige peiling. De VVD blijft met 12 zetels wel stabiel ten opzichte van het huidige zetelaantal in de Eerste Kamer. De gezamenlijke fractie van GroenLinks en PvdA zou uitkomen op 14 zetels, 8 voor GroenLinks en 6 voor de PvdA. Nieuwkomer BBB komt in onze slotpeiling met 13 zetels de Senaat binnen. Daarmee lijkt de strijd om wie de grootste partij wordt in de Eerste Kamer te gaan tussen GroenLinks-PvdA, BBB en de VVD.
Coalitiepartijen CDA en D66 staan op verlies ten opzichte van de verkiezingsuitslag in 2019. Dat geldt ook voor de ChristenUnie. De PVV noteert een plus van 3 zetels ten opzichte van toen.
Naast nieuwkomer BBB maakt ook Volt zijn entree in de Senaat. JA21 komt in deze peiling uit op 3 zetels. De grote verliezer is Forum voor Democratie. Van de 12 zetels uit 2019 blijven er slechts 2 over. DENK zou volgens onze peiling net geen zetel halen in de Eerste Kamer.
De coalitiepartijen – VVD, CDA, D66 en ChristenUnie – komen tezamen uit op 23 zetels. Dat aantal ligt 9 zetels lager dan het aantal zetels dat zij nu bezetten in de Eerste Kamer.
Peilingen voor de Provinciale Statenverkiezingen
In de aanloop naar de Provinciale Statenverkiezingen voert Ipsos een aantal peilingen uit. Dit is de laatste peiling in die reeks: onze slotpeiling. Bij onze peilingen houden we per provincie rekening met welke partijen er meedoen aan de verkiezingen. De steun voor partijen in de verschillende provincies is vervolgens doorgerekend naar een zetelverdeling voor de Eerste Kamer. Voor een uitgebreide uitleg van onze methodiek rondom peilingen voor de Eerste kamer, zie ook de website van EenVandaag.
Deze Ipsos Politieke Barometer is gebaseerd op online onderzoek onder een representatieve steekproef van 2.002 stemgerechtigde Nederlanders. De gegevens zijn verzameld van vrijdagochtend 10 maart tot en met dinsdagochtend 14 maart 2023 (09 uur).
Hoe nauwkeurig zijn de cijfers?
Omdat de zetels die we publiceren zijn gebaseerd op steekproeven moet rekening worden gehouden met de statistische marges die daarbij horen. Bij de steekproeven die per peiling worden gebruikt zijn die marges gemiddeld +/- 1 zetel bij de kleine partijen en +/- 2 zetels bij de grotere partijen.
This Poll is based on an online study among a representative random sample of 2.002 Dutch people entitled to vote. The data was collected from Friday, March 10 up to Tuesday morning, March 14, 2023.
How accurate are the figures?
Because the numbers of seats we publish are based on random samples, statistical margins should be taken into account accordingly. Given the size of the samples used in the separate polls, the average margins are +/- 1 seat for the smaller parties and +/- 2 seats for the larger parties.
Methodiek Peiling Eerste Kamer
Voor onze Eerste Kamer peilingen gebruiken we min of meer dezelfde methodologie als voor reguliere metingen van de Politieke Barometer. Dat betekent dat we een steekproef van ongeveer 2000 stemgerechtigde Nederlanders bevragen over hun politieke voorkeur. Afwijkingen tussen de samenstelling van de steekproef en de samenstelling van de Nederlandse stemgerechtigde bevolking op de kenmerken leeftijd, geslacht, opleiding, regio, werkzaamheid en vorig stemgedrag (Tweede Kamerverkiezingen 2021) worden door middel van een weging gecorrigeerd.
Bij de peiling voor de Eerste Kamer vragen we kiezers wat ze zouden stemmen als er morgen verkiezingen zouden zijn voor de provinciale staten. Deze resultaten rekenen we dan door naar een zetelverdeling voor de Eerste Kamer, door eerst per provincie een uitslag te berekenen. Eerste Kamerleden worden door de Provinciale Statenleden evenredig gekozen (waarbij hun stem gelijk is aan het aantal inwoners gedeeld door het aantal Statenleden in die provincie). Bij het trekken van de steekproef wordt er gecorrigeerd voor regionale spreiding. Daarnaast wordt er bij de doorrekening extra gewogen op inwoneraantal per provincie.
We gaan er vanuit dat Provinciale Statenleden op hun eigen partij stemmen. Voor de provinciale partijen nemen we aan dat de provinciale partijen stemmen op de Onafhankelijke Senaatsfractie (OSF). De OSF is een samenwerkingsverband van provinciale partijen in de Eerste Kamer.
De opkomst bij de Provinciale Statenverkiezingen is traditioneel laag, wat een effect kan hebben op de uitslag. Daarom vragen we kiezers naar opkomstintentie, en nemen dat cijfer mee in het doorrekenen van de uitslag.
De statistische marge rond de zetels per partij bedraagt + of – 1 zetel bij kleinere partijen. Bij grotere partijen (circa 10 zetels of meer) bedraagt de statistische marge + of – 2 zetels. Het effect van restzetels kan deze marges verder vergroten. Daarnaast is het van belang om te vermelden dat er bij de peiling wordt gevraagd naar wat mensen zouden stemmen als er vandaag verkiezingen zouden worden gehouden. Daarom moeten peilingen niet zozeer als voorspelling voor de verkiezingsuitslag worden gezien, maar meer als de stand van zaken op het moment van peilen. We weten dat veel kiezers pas op een laat moment beslissen op welke partij ze stemmen, soms zelfs pas in het stemhokje. Daarnaast kunnen allerlei zaken zoals een debat op televisie of ontwikkeling in het nieuws kiezers op het laatste moment nog beïnvloeden. Dat maakt het waarschijnlijk dat er verschillen ontstaan tussen wat peilingen laten zien en de verkiezingsuitslag.
Let op: een peiling is geen voorspelling
De verhoudingen zoals gepresenteerd op deze pagina, zijn gebaseerd op de huidige partijvoorkeur van kiezers. Het is dus geen voorspelling van de verkiezingsuitslag. We weten uit ervaring dat er tot op de laatste dag nog zetels kunnen verschuiven. Dit is goed te zien wanneer we naar de stemzekerheid van kiezers kijken. Bij onze vorige peiling, die liep van 17 tot en met 27 februari, zei bijna de helft van de mensen die ‘zeker’ of ‘waarschijnlijk’ gaan stemmen bij de verkiezingen, dat ze al een sterke voorkeur hebben voor een partij. De andere helft twijfelde toen nog, in meer of mindere mate, tussen verschillende partijen.
Reden genoeg om aan te nemen dat er nog van alles kan veranderen. Vanavond (dinsdagavond) is er nog een slotdebat bij de NOS. De media berichten op dinsdag en op woensdag ook nog over de laatste campagneactiviteiten. Dit kan impact hebben op de vraag of – en op welke partij – kiezers zullen stemmen. Bij de Provinciale Statenverkiezingen in 2019 zei 13% van de kiezers pas op de verkiezingsdag zelf een definitieve keuze te hebben gemaakt.
Meer inzichten over Publieke Sector